Leven in een doodgeboren droom
Wat doe je als je moet leven in een werkelijkheid die je onaangenaam vindt? Dat is de vraag waarop Joost Zwagerman in zijn romans, verhalen, gedichten en essays een antwoord zoekt. Je wilt vluchten, maar waarheen? Liefde, kunst? Zij lijken een uitweg te bieden, maar het intense geluk dat ze schenken is vluchtig en geeft je geen rust. Je zou het liefst verdwijnen, alleen zonder te sterven.
Het werk van Zwagerman is bekend, en toch ook onbekend: het is veel gelezen, maar weinig bestudeerd. Rémon van Gemeren gaat op zoek naar de diepere lagen ervan en de vele onderlinge verbanden. Daarbij onderzoekt hij de manieren waarop Zwagerman in zijn werk telkens weer de confrontatie aangaat met die ene moeilijke, essentiële vraag. Hij voert ons de wereld binnen die Zwagerman in zijn boeken tot stand gebracht heeft en geeft ons zo een scherp en aangrijpend inzicht in de grote, gekwelde geest van een van onze belangrijkste en interessantste naoorlogse schrijvers.
Rémon van Gemeren (1979) is schrijver en docent op een gymnasium. Hij schreef de monografie Een bezetenheid zo bijna kalm. De poëzie van Jan Eijkelboom (2013) en bezorgde van Ina Boudier-Bakker Zo doods en stil en donker. Oorlogsdagboek 1940-1945 (2013). Aan Louis Couperus wijdde hij tientallen publicaties en in 2016 een monumentale biografie.