Kees Stip
Kees Stip (25 augustus 1913 – 27 juni 2001) begon halverwege de twintigste eeuw met het schrijven van dierenversjes onder de naam Trijntje Fop. De beste daarvan zijn keer op keer gebundeld en uitverkocht. Behalve gedichten schreef hij ook enkele prozawerken: Ezelsoor (1957), Olvehpolis (1962), Pietje Pelle’s ruimtereis (1964), Pietje Pelle, de schildpad en de haas (1965), Spoken zijn toch niet zwart (1989) en Geen punt (1998). Hij schreef daarnaast ook een toneelstuk en samen met zijn vrouw Katja vertaalde hij de kinderboeken uit het Engels naar het Nederlands. Hij won de Nieuwe Clercke-Pico Bello-prijs in 1984, de Zilveren griffel in 1988 voor Mijn beesten staan er gekleurd op en werd op 28 april 1995 Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. In 1985 stelde het tijdschrift De Tweede Ronde ‘De Tweede Ronde-prijs’ in. Hij werd de eerste keer toegekend aan Kees Stip en onmiddellijk omgedoopt in de ‘Kees Stip-prijs’.