Gebroken Wit
Oma Bee, Louise, Heli, Imker, Babs, Audi. Familienaam Vanta. In Gebroken Wit zijn ze aan elkaar verwant als de kleuren van gebroken zonlicht. De kleinkinderen van grootmoeder Vanta-Julienne worden geconfronteerd met hun eigen kwetsbaarheid als ze haar noodgedwongen bijstaan in de turbulenties van het dagelijks leven. Moeder Louise heeft ervaren dat het uiterlijk geen feit is, maar een omstandigheid die informeert over een geschiedenis van georganiseerd geweld in Afrika, Europa, Azië. Ze wonen in een Zuid-Amerikaanse kuststad die door vrouwen tot bestaan wordt gebracht, op een grondgebied dat mannen met haar natuurlijke grenzen insluit. Vooral in familiekring en gezin zijn de gevolgen voelbaar: zusjes Ethel en Laura zijn afwezig en vader Anton leeft niet meer. Terwijl getracht wordt oma Bee overeind te houden, zoekt iedere jonge Vanta naar een land om van te houden, een volk om bij te horen, een droom om voor te leven. Amsterdam heeft veel gehad aan Paramaribo. En omgekeerd?
Astrid H. Roemer (Paramaribo, 1947) ontving in 2016 de P.C. Hooft-prijs voor haar proza-oeuvre. Zij wordt zowel in Suriname als in Nederland geprezen om haar zinvolle inbreng in het publieke debat en haar eigenzinnigheid in het inmiddels uitgebreide oeuvre van poëzie, proza en dramateksten.
Over Olga en haar driekwartsmaten:
‘Astrid Roemer beantwoordt een eerbiedwaardige prijs met een eerbiedwaardig boek. Olga en haar driekwartsmaten is een Caribische Couperus.’
Trouw
Over Liefde in tijden van gebrek:
‘Geweldig boek.’
Erik Jan Harmens