Grote bespreking ‘De Schotse Marsen’ in Trouw
Afgelopen zaterdag verscheen er in Trouw een grote recensie van De Schotse Marsen. Zo sprak Co Welgraven zeer uitgebreid en lovend over het recent verschenen boek van Rory Stewart, dat onder andere de complexe Britse en Schotse nationaliteit in kaart brengt. Tegelijkertijd is het wandelboek een prachtige ode aan zijn invloedrijke vader, en werpt het een geïnformeerde blik op de geschiedenis en de natuur van het eiland. De schrijver en politicus is ‘een scherp waarnemer’ die ‘goed op de hoogte is van de geschiedenis en beschikt over een prachtige pen’. Het is ‘een prachtig boek’ geworden dat ‘uitstekend vertaald’ is, aldus de recensent. De Schotse Marsen wordt simpelweg met één woord samengevat, ‘indrukwekkend’.
Eerder verscheen er in de Volkskrant een grote interview met de Brit en De Morgen gaf het boek maar liefst 4,5 sterren.
Over De Schotse marsen:
Het schitterende relaas van een wandeltocht langs de Engels-Schotse grens door een zoon en zijn 89-jarige vader
Zijn vader leerde Rory Stewart lopen en nam hem als kind mee op wandeltochten langs de Chinese Muur en door de Maleise jungle. Nu is vader 89, en trekken vader en zoon er nog eenmaal op uit, langs de Marsen, het grensgebied tussen Engeland en Schotland. Vader arriveert vanuit Schotland, in tartanruit; zoon vanuit zijn huis in het Engelse Lake District, met zijn Punjabi-wandelstok die hij gebruikte tijdens zijn wandeltocht door Afghanistan.
Tijdens hun wekenlange tocht van ruim 500 kilometer (zoon te voet, vader meestal per auto) tasten ze de verschillen af tussen Engeland en Schotland, te midden van een verstild landschap en halfvergeten dorpjes. Oog in oog met de Muur van Hadrianus delen ze hun oorlogservaringen: vader in Normandië (1944) en Vietnam, zoon in Irak en Afghanistan.
Hun odyssee ontwikkelt zich tot een geschiedenis van de natie, een anatomie van het landschap, een kroniek van het hedendaagse Groot-Brittannië en een intiem portret van twee geboren avonturiers, een vader en een zoon. Stap voor stap proberen ze de traditionele wereld om zich heen te verzoenen met hun eigen onconventionele levens.
Rory Stewart (1973) is schrijver, oud-diplomaat en lid van het Britse Lagerhuis. Tussen 2000 en 2002 wandelde hij 10.000 kilometer door Iran, Pakistan, India, Nepal en Afghanistan. Hij werd beroemd met zijn succesvolle boek Tussenstations. Te voet van Herat naar Kabul, over het Afghaanse deel van zijn reis. Het boek kreeg de Royal Society of Literature Ondaatje Prize en was een van de tien beste boeken van The New York Times Book Review.
‘Een betoverend boek. De hartveroverende band tussen Stewart en zijn vader brengt dit boek tot leven.’ The Sunday Times
‘Stewart lijkt bijna de verwezenlijking van Rudyard Kiplings karakter Kim, de alziende, alwetende mannelijke jongen. Stewart observeert, is licht spottend en schrijft prachtig.’ The Times
‘Een van de onverwachtste en plezierigste boeken van het jaar. Het boek gonst van geleerdheid en is schitterend doordrenkt van de vriendschap met zijn oude, dappere vader.’ The Guardian, readers’ book of the year