P.C. Hooftprijs voor Marga Minco
Marga Minco (1920), een van de authentiekste stemmen die onze literatuur rijk is, debuteerde in 1957 met Het bittere kruid, algemeen beschouwd als een van de klassiekers uit onze literatuur over de Tweede Wereldoorlog. Haar sobere, doeltreffende stijl vindt men terug in romans als Een leeg huis. Haar werk werd in veertien talen vertaald.
Het bittere kruid werd in 1958 bekroond met de Vijverberg-prijs van de Jan Campert-stichting (tegenwoordig bekend als de Bordewijk-prijs). In 1999 ontving Minco de Annie Romein-prijs, en in 2005 de Constantijn Huygens-prijs voor haar gehele oeuvre. Nu Minco de P.C. Hooftprijs heeft gewonnen, wordt door diverse kranten haar onuitwisbare stem in de naoorlogse Europese literatuur geroemd.
In een profiel in de Volkskrant dat hier terug te lezen is, prijst Arjan Peters Minco’s ‘bescheiden’ maar ‘indringend oeuvre’.
Marjolijn de Cocq schrijft in het Parool hoe literatuur voor Minco ‘vormgegeven ervaring’ is: ‘het resultaat van geheugenarbeid. Grote woorden zijn haar vreemd. Er staat wat er staat’.
Thomas de Veen schrijft in het NRC dat het opmerkelijk is ‘dat er nog geen eerdere jury tot het besluit was gekomen om Minco te bekronen’. Daarnaast schrijft hij dat haar werk, door Minco’s ‘geserreerde stijl’, de tand des tijds moeiteloos doorstaat: ‘haar woordkeus voelt nergens verouderd, haar spaarzame zinnen behouden hun zeggingskracht’. Het artikel is hier te lezen.
Over Het bittere kruid:
Het bittere kruid is een menselijk document van een uitzonderlijk gehalte waarin met een maximum aan soberheid de ondergang van een joodse familie tijdens het nazibewind is opgetekend. De roman werd wereldwijd vertaald en unaniem geprezen.
‘Het bittere kruid onttrekt de gebeurtenissen aan hun onvergankelijke achtergrond en omgeving en houdt ze levend, zodat de belangstellende van 2050 er niet over leest, maar er in leeft.’
Jan Greshoff, Het Vaderland, 15 juni 1957
‘Het bittere kruid (…) is er de oorzaak van dat haar naam in de Nederlandse literatuur niet meer weg te denken is.’
Huisman, Algemeen Dagblad, 8 maart 1986
‘Feitelijk is deze schrijfster bij haar leven al een begrip, een levende legende die, dankzij Het bittere kruid, moeiteloos kan wedijveren met Nescio en Vasalis.’
Paul Gellings, De Stentor, 2 september 2004