Vier ballen NRC en vier sterren Volkskrant voor Theo Loevendies Memoires van een componist
Afgelopen weekend ontving de recent verschenen autobiografie Memoires van een componist van Theo Loevendie zowel vier ballen van de NRC als vier sterren van de Volkskrant. Dit boek vertelt het levensverhaal van de in 1930 geboren componist Theo Loevendie, die op de lagere school in aanraking werd gebracht met de muziek van Johann Sebastian Bach. Later als hoofdleraar compositie aan de conservatoria van Rotterdam, Den Haag en Amsterdam, reisde hij jarenlang de wereld af om uitvoeringen van zijn muziek toe te lichten en jonge componisten te onderrichten in masterclasses.
Volgens NRC-recensent Joep Christenhusz worden ‘scherpzinnige beschouwingen over improvisatie, musicale vorm en de jongste generatie musici afgewisseld met sappige anekdotes’. Het boek zou lezen als een schelmenroman, waarin muzikaal bloed kruipt waar het niet gaan kan. Daarnaast biedt de autobiografie een ‘openhartige inkijk in Loevendies persoonlijke leven’. Christenhusz concludeert: ‘Dat het boek leest als een trein is te danken aan Loevendies nuchtere, ongekunstelde verteltrant; alsof hij je in zijn stamkroeg Welling zijn levensverhaal uit de doeken doet, onder het genot van een glas wijn.’ Lees hier de volledige recensie in NRC Handelsblad.
‘Beknopt maar raak’ is hoe Theo Loevendie volgens de Volkskrant-recensent Roland de Beer schrijft. ‘Loevendies pianovingers zijn tanig. Het spel is uitgedund, maar wonderlijk welgemikt. Dat zet zich voort in Loevendies schrijfstijl.’ Zo beschrijft hij in een regel dat hij als kind zijn moeder een zelfmoordpoging zag doen. ‘Een flits van compassie is er voor de leuke tante Riekje die de dood zocht in de gracht. De totaalindruk is die van een sluitend verhaal’, aldus De Beer. Lees hier de volledige recensie in de Volkskrant.
Eerder verscheen er een uitgebreide bespreking van Memoires van een componist in Het Parool.
Over Memoires van een componist:
Het leven van Theo Loevendie is een soort ‘van krantenjongen tot miljonair’-verhaal, maar dan meer in artistiek en sociaal opzicht dan in letterlijke zin.
Theo Loevendie werd in 1930 geboren en groeide op in armelijke omstandigheden in een Amsterdamse volksbuurt. In zijn kindertijd was muziek op straat zijn grote inspiratie, omdat hij thuis geen andere muziek kende dan wat volkse smartlappen. Als kleuter werd hij zelfs twee keer als vermist opgegeven omdat hij de uitdrukking ‘met de muziek mee’ letterlijk in de praktijk had gebracht toen er een optocht met muziek voorbijkwam.
Zijn reddende engel was de onderwijzer op de lagere school, die hem in contact bracht met de muziek van Johann Sebastian Bach. Mede door de erbarmelijke omstandigheden in de Tweede Wereldoorlog duurde het tot 1947 voordat een geleende klarinet het startschot vormde voor een inhaalmanoeuvre die Loevendie via het conservatorium bracht tot het hoofdleraarschap compositie aan de conservatoria van Rotterdam, Den Haag en Amsterdam.
Als componist reist Loevendie al jarenlang de wereld af om uitvoeringen van zijn muziek toe te lichten en jonge componisten te onderrichten in masterclasses. Daarnaast blijft hij ook de jazzmuziek trouw die hij na de oorlog als tiener leerde kennen.
Ook op latere leeftijd is Loevendie nog altijd creatief, zoals een unaniem enthousiast ontvangen concertuitvoering van zijn opera The Rise of Spinoza in 2014 in het Concertgebouw nog eens aantoonde.