Ik wil koning zijn
Johannes Esser (1877-1946) hoort thuis in het rijtje Albert Einstein, Hugo de Vries en Wilhelm Röntgen. Hij was Nederlands schaakkampioen, Mondriaan-ontdekker, pionier in de plastische chirurgie en selfmade miljonair. En toch is hij bij het grote publiek nauwelijks bekend.
Schrijver David de Poel maakt al bijna twintig jaar deel uit van de Esser-familie. Op familiebijeenkomsten raakte men niet uitgepraat over hun opmerkelijke vader en grootvader. De Poel hoorde alles aan. Toen hij in de nalatenschap bijzondere brieven en andere documenten vond, besloot hij het leven van Johannes Esser te boekstaven om hem eens en voor altijd uit de anonimiteit te halen.
Dit is het verhaal van een man die op onvermoeibare wijze zijn droom najaagt: een zelfstandig grondgebied om alle patiënten die plastische chirurgie nodig hebben, ongeacht hun afkomst, te laten opereren door de allerbeste chirurgen op aarde. Om zijn doel te bereiken is geen moeite hem te veel. Hij reist de halve wereld over om medestanders voor zijn instituut te vinden. Die zijn er. Tegenstand is er ook. Maar Johannes is eraan gewend om te denken als een schaker en weet: de aanval is de beste verdediging.
David de Poel (1973) is romanschrijver en biograaf. Hij publiceerde eerder de uitstekend ontvangen biografieën De schrijver die over de soep vloog. Het leven van Frans Pointl en Oefeningen in dapperheid, over René/Renate Stoute.
Over Oefeningen in dapperheid:
‘Een levensverhaal dat overloopt van empathie, een goed tijdsbeeld van de vrije en losgeslagen jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw.’
de Volkskrant
‘In de biografie worden de zeer persoonlijke dagboekaantekeningen over zijn (seks)leven en geslachtsverandering met hormonen en operatie zorgvuldig in zijn/haar levensloop gebed.’
NRC
Over De schrijver die over de soep vloog:
‘De Poel beschrijft het alsof hij er zelf bij is geweest (…). Zijn aantrekkelijke biografie laat zien dat Frans Pointl meer was dan dat mannetje van de kip.’
de Volkskrant ****