‘Ik ga leven’ besproken in NRC
Lale Güls ‘vlammende debuut’ Ik ga leven is beoordeeld met drie ballen in het NRC. Recensent Judith Eiselin is vooral onder de indruk van de ‘meer ingehouden passages’ die haar ontroeren:
‘Zoals over de bibliotheek die de hoofdpersoon als kind bezocht en waar ze met een extra kaart van een ongeïnteresseerde broer zoveel mogelijk boeken leent, of over de moeder die op haar meest menselijke moment in de hele roman haar dochtertje voor wil lezen, zoals andere moeders dat kunnen. Ze is analfabeet en verzint zelf moeizaam een verhaaltje bij plaatjes.’
Wel is Eiselin kritisch over enkele zinsconstructies en het ‘jeugdig, wat al te groot zwak voor archaïsch taalgebruik’ van Gül. ‘En toch. Dwars door dit alles heen is er talent zichtbaar.’ Volgens Eiselin zou het zonde zijn als Gül stopt met schrijven, heeft ze een ‘overduidelijk een groot plezier in taal’ en is ze ‘heel geestig’.
U leest dit artikel hier terug.
Over Ik ga leven:
‘Muziek mag niet, daten is verboden, het hebben van vrienden van het andere geslacht is onwettig, je leuk kleden en opmaken is ongepast, ’s avonds buiten zijn is niet geoorloofd, “vieze, immorele” films en series kijken is onaanvaardbaar (en dan bedoel ik geen porno, gewoon een film waarin wordt gezoend), het vieren van verjaardagen of andere heidense feestdagen mag niet, werken met mannen kan niet en ook uitgaan en feesten op festivals is verboden.’
Opgroeien in een streng islamitisch gezin betekent voor Büsra dingen stiekem doen. Stiekem make-up en sieraden dragen, laat thuiskomen, met jongens afspreken en alcohol serveren in een restaurant. Maar het betekent vooral: voortdurend vragen stellen.
‘Moet ik leven als een kamerplant? Moet ik in een huwelijk treden waar alle seks uit is geramd nog voordat het begonnen is, omdat mijn verwekkers een volstrekt humorloze, bloedeloze en Koranvaste lul voor mij hebben uitgekozen? En dan veranderen in een broedkip zoals alle vrouwen om me heen? En de rest van mijn bestaan op die manier slijten? Is dat waarvoor ik leef? Is God dan blij met mijn tragedie?’
In een ongekend eerlijk relaas onderzoekt Büsra met veel humor de grenzen van haar geloof en de gemeenschap waar ze in opgroeit. Als er iemand geen blad voor de mond neemt, is het Büsra wel.
Lale Gül (1997, Kolenkitbuurt, Amsterdam) studeert Nederlands aan de VU. Tot haar zeventiende ging ze in het weekend naar een Koranschool van Stichting Milli Görüş. In haar autobiografische debuutroman Ik ga leven betwist ze alles wat ze daar geleerd heeft en meer.