Tegen de terreur
Wat gebeurde er nadat Napoleon in 1815 definitief was verslagen? Hoe kwam het Europese continent tot bedaren? Na 25 jaar van oorlog en chaos verlangde de bevolking naar rust en veiligheid. Een nieuwe Europese Verdedigingsgemeenschap (een NAVO avant la lettre) zou daarvoor gaan zorgen, met de hertog van Wellington als ster, die op zijn beurt werd omringd door talloze ondergeschikte, tegenstribbelende en behulpzame officieren, juristen, spionnen en ander veiligheidsvolk. Met behulp van allerlei nieuwe instrumenten – paspoorten, optische telegrafen, gezamenlijke grenscontroles en het razendsnel verspreiden van signalementen van voortvluchtige ‘terroristes’ en ‘assassijnen’ – werd het inderdaad veilig. De veiligheid werd duur betaald, met internationale leningen en afgedwongen Franse herstelbetalingen. Maar werd de terreur werkelijk bezworen? En legde dit systeem de basis voor ons huidige veiligheidsbestel?
Op basis van nooit eerder onderzochte bronnen reconstrueert Beatrice de Graaf magistraal en tot in detail deze eerste gezamenlijke Europese strijd tegen de terreur.
Beatrice de Graaf (1976) is hoogleraar Geschiedenis van de Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Utrecht. Ze onderzoekt de geschiedenis van terrorisme, oorlog en geweld – en is vooral geïnteresseerd in de strijd daartegen. Ze was fellow aan Cambridge University, treedt regelmatig op als terrorisme-expert en publiceerde eerder onder meer Gevaarlijke vrouwen, Theater van de angst en Terrorists on Trial. In 2018 werd haar werk bekroond met de hoogste Nederlandse wetenschappelijke onderscheiding, de Stevinpremie.